Gebruik je een voornaam of achternaam als je een geïnterviewde citeert in een artikel? Of doe je het allebei?
Die vraag kwam voorbij in een college over interviewen dat ik geef aan de Universiteit Leiden. Mijn antwoord in de les was een beetje gekleurd. Want het heeft er nogal mee te maken wat voor artikel je schrijft.
Eigenlijk heb je drie opties voor het citeren van een geïnterviewde.
“Ik wil later journalist worden”, zegt Pietje Puk.
“Ik wil later journalist worden”, zegt Pietje.
“Ik wil later journalist worden”, zegt Puk.
Welke naam gebruik je in een interview?
De eerste optie is logisch als je iemand voor het eerst introduceert in je verhaal. Gebruik dan voor- en achternaam.
Als je de persoon in kwestie later nog eens citeert, gebruik je meestal alleen de achternaam. Je kunt dan ook alleen maar naar de geïnterviewde verwijzen, bijvoorbeeld met ‘hij’, of ‘zij’. Of als je een minister interviewt, schrijf je bijvoorbeeld dit: ‘Ik heb het erg druk’, zegt de minister.
Maar als je de deskundige een alinea later nog eens aan het woord laat, is het wel handig om de naam weer te noemen. Meestal kies je dan voor alleen de achternaam, zeker als je een deskundige interviewt.
Lees mijn artikel De praatjesmaker uit De Volkskrant om te zien hoe ik op deze manier gedragsbioloog Mark Vugt introduceer na enkele alinea’s.
Kun je dan nooit alleen de voornaam gebruiken?
In sommige gevallen kan dat natuurlijk wel, maar het hangt ervan af waar je verhaal wordt gepubliceerd.
Als je een artikel schrijft voor een krant of nieuwssite, is het niet logisch om de voornaam te gebruiken. Dat komt net te informeel over – alsof je je beste vriend interviewt voor de schoolkrant.
Maar schrijf je voor een tijdschrift zoals Linda of Libelle dan is een informele toon juist gewenst. Zo wordt een expert op het gebied van duurzaam ondernemen in dit artikel voorgesteld met haar volledige naam, Nina Pierson. Maar daarna wordt ze consequent Nina genoemd.
Als geïnterviewden gevoelige informatie delen in je artikel, kun je soms ook alleen de voornaam gebruiken om hen te beschermen. Als je bijvoorbeeld een vrouw interviewt die haar dochter heeft onterfd, is het logisch dat ze niet met haar volledige naam in de krant wil.
De naam van je geïnterviewde weglaten
Als je een goede reden hebt, kun je een naam zelfs helemaal weglaten bij een citaat. Iemand die van binnenuit een boekje open doet over misstanden in organisatie is namelijk ook traceerbaar met alleen een voornaam.
In het Volkskrant-artikel over de giftige cultuur bij het televisieprogramma De Wereld Draait Door worden daarom in veel gevallen geen namen genoemd. Bij het artikel staat dan wel een een disclaimer als: naam van geïnterviewde bij redactie bekend.
Als je uit dit artikel citeert, noem dan vooral mijn naam, of de naam van deze website.
Lees ook:
– Waarom je geïnterviewden niet vaak moet citeren
– Met 38 vragen breek je het ijs in een interview
Schrijf je net als 10.000 anderen in voor mijn wekelijkse schrijftip. De ‘gouden’ tip ontvang je meteen! Klik op de mail.
Boek schrijven?
Abonneer je op mijn speciale nieuwsbrief voor schrijvers van boeken. Elke week inspiratie en tips.
Wie is Schrijfvis eigenlijk? En wat kun je hier doen?
Klik op de button en neem een kijkje bij de cursussen: je kunt meteen beginnen!
Welke schrijfcursus op Schrijfvis past bij jou? Vergelijk de cursussenLuister de Schrijfvis-podcast
Verrassende interviews met inspirerende schrijvers, copywriters, journalisten zoals Mensje van Keulen, Govert Schilling, Aartjan van Erkel, Jozua Douglas en de bekendste literair agent van Nederland.
Luister de podcast